ROTTERDAM - De rechtbank in Rotterdam heeft vandaag een 16-jarige en een 14-jarige verdachte veroordeeld tot jeugddetentie. De beide jongens hebben in januari van dit jaar brand gesticht op het attractiepark Plaswijckpark. Kerstbomen en vuilniszakken werden met wasbenzine overgoten en aangestoken.


Als gevolg van de brand is het theaterpand dat op het terrein stond verwoest. Het Plaswijckpark is een familiepark waar velen mee zijn opgegroeid, waardoor het park ook een grote emotionele waarde heeft. De brandstichting heeft dan ook geleid tot een schok in de samenleving, met name onder Rotterdammers.

Het incident en de impact daarvan zijn al snel gedeeld op sociale media en er is een inzamelingsactie opgestart voor de wederopbouw van het theaterpand. Een eventuele wederopbouw doet echter niets af aan de emotionele waarde die voor altijd verloren is gegaan.

De rechtbank rekent dit de verdachten zwaar aan.

Bedenken en medeplegen
De rechtbank acht bewezen dat het de 14-jarige verdachte is geweest die het plan om de brand te stichten heeft bedacht. Hij had daarnaast illegaal vuurwerk in zijn bezit. Hij wordt veroordeeld tot 95 dagen jeugddetentie waarvan 66 dagen voorwaardelijk.

De 16- jarige verdachte heeft een aansteker aan zijn medeverdachte gegeven, was aanwezig toen de brand werd gesticht en heeft dit gefilmd. De rechtbank ziet dit als medeplegen. Zijn straf valt iets lager uit met 90 dagen jeugddetentie waarvan 61 dagen voorwaardelijk.

Stok achter de deur
De voorwaardelijke straffen zijn een stok achter de deur om te voorkomen dat de beide jongens in de toekomst weer de fout ingaan. Een kans die de rechtbank aanwezig acht. Om die kans te minimaliseren moeten zij meewerken aan coaching en intensieve trajectbegeleiding van de jeugdreclassering. Als de verdachten dit niet of niet goed doen bestaat de kans dat ze de voorwaardelijke straf alsnog moeten uitzitten.