ROTTERDAM - Het Openbaar Ministerie in Rotterdam gaat negen agenten die hun dienstwapen moesten gebruiken tijdens de zogenoemde ‘Coolsingelrellen’ in Rotterdam op 19 november 2021 niet vervolgen. Uit onderzoek van de Rijksrecherche, onder gezag van het OM, is geconcludeerd dat de agenten uit noodweer handelden. De zaak tegen de agenten is daarom geseponeerd.


Die avond liep een demonstratie tegen de coronamaatregelen en tegen het vuurwerkverbod volledig uit de hand. Groepen relschoppers die op de demonstratie waren afgekomen richtten op grote schaal vernielingen aan, staken politievoertuigen in brand en vielen agenten en brandweerlieden aan. Die werden bekogeld met zwaar vuurwerk, straatmeubilair en stenen.

De brandweer had op een bepaald moment de bescherming van de Mobiele Eenheid (ME) van de politie nodig om een brand in de Bulgersteyn te kunnen blussen. In totaal negen agenten moesten uiteindelijk hun dienstwapen gebruiken. De omstandigheden leverden een onmiddellijk gevaar op. Niet alleen voor de agenten zelf, maar ook voor de brandweer, de mensen in het flatgebouw naast de brand en andere omstanders. Vijf agenten zagen zich genoodzaakt op enig moment gericht op relschoppers te schieten. Daarbij vielen gelukkig geen doden, maar wel vijf gewonden. De overige vier agenten losten waarschuwingsschoten.

Uitgebreid onderzoek

Alle gevallen van vuurwapengebruik door de politie met letsel of de dood tot gevolg worden onderzocht door de Rijksrecherche, een opsporingsdienst die geen deel uitmaakt van de politie maar van het OM. Dit onafhankelijke onderzoek staat onder gezag van een officier van justitie en is direct na de rellen parallel aan het onderzoek naar de relschoppers gestart. Er zijn onder meer beelden van beveiligingscamera’s en van sociale media bekeken. Ook zijn meldkamergesprekken van de politie bestudeerd en de betrokken agenten en getuigen gehoord.

De politie heeft, net als iedere burger, het recht zichzelf te verdedigen en mag daarbij indien nodig (gepast) geweld te gebruiken. Van een politieagent wordt verwacht dat hij zich bij gevaar niet uit de voeten maakt, maar actief ingrijpt. De politie heeft zelfs de plicht om anderen te beschermen. Daarmee kon in dit geval niet worden gewacht.