ROTTERDAM - Een man is vandaag in hoger beroep veroordeeld voor een verkrachting, een gijzeling, een poging tot afpersing en een poging tot beroving. Het gerechtshof Den Haag heeft hem hiervoor een gevangenisstraf van 10 jaar en TBS met dwangverpleging opgelegd. De verdachte was voor gelijksoortige misdrijven ook al eerder tot langdurige gevangenisstraffen veroordeeld.


Het slachtoffer van de eerste 3 feiten is een jonge vrouw. De verdachte volgde haar ‘s nachts naar haar huis in Rotterdam. Toen het slachtoffer haar voordeur opende, is de verdachte haar woning met geweld en onder bedreiging met een mes (op haar keel) binnengedrongen. Eerst probeerde hij het slachtoffer geld afhandig te maken. Direct daarop zei hij: “doe je kleren uit.” De verdachte heeft het slachtoffer urenlang in haar woning vastgehouden en haar op vernederende wijze mishandeld, ernstig bedreigd en meermalen en op allerlei manieren verkracht. Hij noemde haar zijn slaafje, dwong haar alcohol te drinken, zichzelf te douchen en te scheren en sexy kleding aan te trekken. Pas als de politie, door moedig optreden van het in doodsangst verkerende slachtoffer, wordt gealarmeerd en ter plaatse komt, stopt de vrijheidsberoving. Nadat hij zichzelf en het slachtoffer in een kamer op de bovenste verdieping had opgesloten, is hij de woning van het slachtoffer via een raam ontvlucht, het slachtoffer in die kamer opgesloten achterlatend.

De door het gerechtshof opgelegde gevangenisstraf is lager dan die van de rechtbank (12 jaar) en die de advocaat-generaal had gevraagd (18 jaar). Dit komt deels doordat in hoger beroep is vastgesteld dat de verdachte een ernstige persoonlijkheidsstoornis heeft. Het Haagse gerechtshof heeft vastgesteld dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is.