ROTTERDAM - Winnen willen alle deelnemers wel van het vijftiende Max Havelaar Toesprakentoernooi zaterdag 15 november in het Leidse Kamerlingh Onnes Gebouw. Voorzichtig vragen de scholieren bij aankomst of er nog plek is in de workshop “Hoe win je het toernooi” die oud-winnaar Lotus Arian geeft. Tegen de leerlingen voor wie er geen plek meer was, kan Jaap de Jong, hoogleraar Journalistiek en Nieuwe Media aan Universiteit Leiden, later in zijn spoedcursus retorica geruststellend zeggen: ,,Het gaat niet om de beker, maar om de weg naar de beker toe.”

Van ”Bontenbalboete” tot “casinokapitalisten”: De Jong laat met actuele voorbeelden zien hoe levendig de retorica is en hoe machtig het woord als wapen is. En over plankenkoorts gesproken: ,,Ja, dat heb je straks zeker”, verzekert hij de leerlingen die driftig met zijn college meepennen. ,,Maar na een paar zinnen, dan vlíég je. Dan ga je ervoor.” Zijn laatste retorica-advies aan de leerlingen: ,,Zorg dat het vuurtje dat in je brandt te zien is. Laat het jóúw verhaal zijn.”

Drie workshops mogen de leerlingen kiezen voordat ze zelf hun toespraak gaan schrijven. Bertijn van der Steenhoven, docent retorica aan de UvA, neemt de leerlingen mee naar de inventio, daar waar het allemaal begint: het hebben van een goed idee. Hoe kom je daar? Nou, bijvoorbeeld door niet meteen in oplossingen te denken maar je eerst eens af te vragen: hoe maak ik het probleem erger? Dat is een nieuwe denkvorm voor de leerlingen. Martijn Wackers, docent communicatieve vaardigheden aan de TU Delft, helpt de leerlingen hoe ze hun speech net zo onvergetelijk kunnen maken als een TED-talk. ,,Stel structurerende vragen en speel met contrast en verwachtingen”, oppert hij.

Roosmaryn Pilgram, docent Taalbeheersing aan de Universiteit Leiden, adviseert de leerlingen “APP”. Niet te verwarren met WhatsApp. Nee, het gaat om de Argumentatie, het Publiek en de Presentatie om ervoor te zorgen dat mensen écht naar je luisteren. Later, in de voorrondes waarin de leerlingen hun zelfgeschreven speech laten horen, zal blijken dat ze daadwerkelijk iets met de praktische tips van de retoricakenners kunnen. Een concrete oplossing voor minder stress en prestatiedruk op school? Ja, daar weten de leerlingen wel creatieve oplossingen voor. Van een leerlingenloon tot kleinere klassen en niet minder maar juist méér cijfers.

Wanneer de jury zich beraadt over de winnaar van het toernooi kunnen de leerlingen even achteroverleunen bij de entr’acte door Jeroen Aalbers alias Jerry Hormone. Met lange wapperende haren en klakkende cowboyboots vertelt de punckrockmuzikant en schrijver van de kinderboekenserie Borre waarom hij geen student was waar Universiteit Leiden trots op kan zijn geweest. ,,Ik heb zes jaar over mijn bachelor gedaan en aan de master, daar ben ik niet eens aan begonnen”, biecht hij met onvervalst Rotterdams accent op. Maar die eigenzinnige kijk op de wereld, die deelt hij wel met Multatuli. ,,Wie had de Max Havelaar nou geleesuh?”, wil hij van zijn publiek weten. Want, ,,Wát een goed boek. Ik houd van ouwe meuk. Maar zo’n oud boek dat zo helder tot me spreekt, dat is echt een unicum. Hij schrijft zoals hij denkt”

En over dat denken heeft Aalbers langer nagedacht. Want Multatuli dacht vrij en vooral voorbij zijn eigenbelang. Wie altijd hetzelfde denkt als zijn vrienden, heeft er waarschijnlijk niet écht over nagedacht, houdt hij de leerlingen voor. Denk met je hart, beveelt hij aan. ,,Want als je voorbij je eigenbelang kunt denken, denk je niet aan wat goed zou zijn voor één mens, maar voor veel, misschien wel alle mensen.”

Dan is het woord aan juryvoorzitter Sander Bax, hoogleraar literatuur aan Universiteit Leiden. Zal de jury net als even daarvoor het publiek Evi en Dijn van het Rotterdamse Erasmiaans Gymnasium als winnaar aanwijzen? De verrassing spat van de gezichten van Benjamin en Koert van CSW Van de Perre uit Middelburg af als ze horen dat zíj de juryprijs in ontvangst mogen nemen. De jury ziet wel wat in het idee om leerlingen op meer dan alleen hun toets te beoordelen zodat ze zich niet alleen op een toets maar met hoofd, hart, handen én verstand op hun toekomst kunnen voorbereiden.